20 Is Efraïm voor Mij niet een dierbare zoon,is hij voor Mij niet een lievelingskind?Want zo dikwijls als Ik tot hem spreek,denk Ik nog voortdurend aan hem.Daarom is Mijn binnenste onrustig,Ik zal Mij zeker over hem ontfermen,spreekt de HEERE. 21 Richt u merktekens op,zet u wegwijzers neer.Richt uw hart op de gebaande weg,de weg die […]