Voor de bruid naar haar Bruidegom gaat, de Here tegemoet in de lucht, zal er eerst een gerste-oogst zijn van de eerste vruchten, de 144.000 eerstelingen van God en het Lam (Openb. 14), zij zijn de geroepenen en uitverkorenen en getrouwen, zij zullen als eerste naar de troon van God gaan, zij zullen samen , de 144.000 en Gods engelen, “de vrouw, Zijn Bruidsgemeente” meehelpen ontsnappen en bijstaan en ondersteunen om uit het beestsysteem te trekken naar de wildernis in de woestijn der volkeren (Openb. 12) waar ze in veiligheid worden gebracht voor 3,5 jaar waar ze onderhouden zullen worden buiten het gezicht van de slang. Ze zijn los van de bruidsgemeente en zullen voor de Heer komt en er de grote Exodus zijn, de Gemeente, de bruid uitleiden uit Babylon. Deze gerste-oogst de 144.000 zullen in het begin van de barensweeën de opdracht krijgen om naar de “verloren schapen van het huis Israëls” te gaan, voordat ze worden opgewekt, en de Bruid en Bruidegom elkaar zullen ontmoeten. Zij zijn de vissers van mensen, zij brengen de verloren schapen van Israël binnen, en ze zullen schijnen als de zon met vuur in hun ogen en zullen deurwachters zijn naar de hemelse berg Sion. Zij zijn als een Leger als leeuwen die de werken van satan zal verscheuren en vernietigen en hen onder de voeten van Jeshua zal treden, zij zijn als het ware de weerhouders van het kwaad. Wie ongehoorzaam is aan de bevelen van dit Leger van God, de 144.000 die uit gaan als in de geest van Mozes en Elia, zijn als de dwaze maagden en blijven buiten en zullen sterven in de wildernis, wie gehoorzaam zijn aan dit Leger zullen als de wijze maagden zijn en zullen als het ware binnen hun poorten beschermt zijn zodat de vijand buiten blijft. Dit Leger staat als het waren tussen de vijand en het volk in. Zij zijn als een muur, een bescherming en houden het oordeel tegen om velen te bevrijden en te redden.
JP